Het stadsbestuur neemt maatregelen om de openbare ruimte tijdelijk in te richten op de anderhalvemetersamenleving. Per stadsdeel worden op korte termijn de verschillende probleemlocaties in beeld gebracht, waarna de nodige aanpassingen worden gedaan. De tijdelijke maatregelen worden teruggedraaid op het moment dat de anderhalve meter afstand niet meer nodig is.
In Nederland willen we het coronavirus maximaal controleren, de zorg niet overbelasten en kwetsbare mensen in de samenleving beschermen. Dus werken we ook in Amsterdam zoveel mogelijk vanuit huis als dat kan, vermijden we drukte en houden we 1,5 meter afstand. Met het versoepelen van de coronamaatregelen neemt echter de drukte toe. En tegelijkertijd blijft het houden van voldoende afstand een van de belangrijkste maatregelen om besmetting te voorkomen. Daarom neemt de gemeente maatregelen.
Tijdelijke maatregelen
De gemeente inventariseerde ruim dertig tijdelijke ingrepen in de openbare ruimte (zie de Menukaart in de bijlage). Deze moeten het mogelijk maken om het normale leven in Amsterdam langzaam weer op gang te brengen met inachtneming van de anderhalve meter. Veilig en comfortabel toegankelijk, ook voor ouderen of rolstoelgebruikers. Dat is maatwerk; waar nodig worden maatregelen getroffen, maar lang niet overal. Ook kunnen de maatregelen per locatie verschillen.
De tijdelijke aanpassingen in de openbare ruimte van de stad moeten ervoor zorgen dat Amsterdammers zich veilig door hun stad kunnen bewegen. Bij voorkeur op de fiets of te voet, zoals ze dat vaak al deden voor de coronacrisis, maar dan nu op 1,5 meter afstand tot elkaar. Dat kost ruimte. Ruimte die op veel plekken in Amsterdam schaars is.
Verkeer in de stad
De hoogste prioriteit krijgen voetgangers en fietsers voor genoeg ruimte om anderhalve meter afstand te kunnen houden. Verschillende maatregelen zijn in kaart gebracht om te zorgen dat er genoeg ruimte komt voor alle verkeersdeelnemers. Verkeersdruk moet beperkt worden en bewoners blijven waar mogelijk in hun eigen buurt en lopen vooral of fietsen.
Het verlagen van de maximumsnelheid van 50 km/uur naar 30 km/uur creëert ruimte voor de fietser en de voetganger, omdat de fietser vaker naar de rijbaan kan. Daarom onderzoekt de gemeente de mogelijkheid om de maximumsnelheid tijdelijk te verlagen van 50 naar 30 km/uur. Hierdoor kunnen fietsers vaker naar de rijbaan en voetgangers meer ruimte hebben om elkaar te passeren. Ook kan er worden gekozen voor eenrichtingsverkeer (ook op de stoep), het gebruiken van parkeerplaatsen voor fietsparkeren, of het anders instellen van de verkeerslichten om de doorstroming te verbeteren.
Schoolomgeving
Op 11 mei gaan de scholen en kinderdagverblijven weer open. Omdat veilig te doen stelt de gemeente pakketten met stickers, posters, linten en verf ter beschikking waarmee scholen en kinderdagverblijven de looproutes en de ruimte in en rondom hun gebouwen kunnen inrichten.
Economie in de openbare ruimte
De gemeente onderzoekt op welke plekken het mogelijk is om voor ondernemers en culturele instellingen extra ruimte te maken voor bijvoorbeeld buurtgerichte terrassen, waarbij er altijd genoeg ruimte moet zijn voor voetgangers en aandacht voor leefbaarheid voor bewoners in de omgeving. Ook kijkt de gemeente samen met ondernemers hoe drukke winkelstraten veilig kunnen worden ingericht met bijvoorbeeld ruimte voor wachtrijen voor winkels, zodat daar ook de anderhalve meter kan worden aangehouden.
Verblijf in de openbare ruimte
In Amsterdam wonen veel mensen op een beperkt oppervlak en veel van hen zijn aangewezen op de openbare ruimte om buiten te zijn. In sommige wijken is er ook weinig ruimte voor kinderen om buiten te spelen. Door per buurt extra bekendheid te geven aan weinig bezochte groenstroken, of parken of lege kavels tijdelijk als recreatieplek in te richten, kunnen we op een veilige manier zorgen voor extra recreatieruimte dichtbij huis. Ook kan op pleinen en in parken de ruimte worden vergroot door een parkeerverbod voor fietsen in te stellen of kan een rustige straat tijdelijk worden afgesloten voor auto’s.
Intensieve monitoring
Door de intensiteit en het gedrag van het auto- en fietsverkeer te monitoren, is het mogelijk om snel bij te sturen als er verkeersonveilige situaties ontstaan door te veel autoverkeer, te hoge snelheid of gevaarlijke situaties bij het inhalen. Als het autoverkeer flink toeneemt kunnen maatregelen worden getroffen om autoverkeer te ontmoedigen, om te leiden of zelfs wegen af te sluiten. Politie en handhaving monitoren de situatie op drukke plekken, zoals parken, pleinen en markten. Aanvullend hierop zijn in het Vondelpark en de Albert Cuypstraat een aantal sensoren opgehangen om verkeersstromen te kunnen monitoren. Mocht het ergens te druk worden, dan kunnen ook hier extra maatregelen worden genomen, zoals (gedeeltelijke) afsluiting of het instellen van eenrichtingsverkeer.
Bijlage:
Bron: Amsterdam.nl